zaterdag 6 september 2014

Vergaderen

Ik ben dit jaar officieel sectievoorzitster van de vakgroep muziek.
Dat klinkt veel interessanter dan het is natuurlijk.
Onze sectie bestaat namelijk maar uit 2 personen die respectievelijk 4 en 5 uur muziekles geven aan een bups onwelwillende kids.
Bij zo'n voorzitterschap horen ook vergaderingen.
Afgelopen dinsdag was de eerste vergadering van dit jaar met alle verschillende sectieleiders.
Dat klinkt als een feest, maar de realiteit is net wat anders.

Iets over 16:00 was het startsein daar en werden aan ons de agendapunten voorgelegd, zittend in een gezellige vierkante kring met aan het hoofd een aantal directieleden. In een ruimte met meurende vloerbedekking en een lucht van mensen die zich al een tijdje niet gewassen hebben en dat geprobeerd hebben te maskeren met teveel eau de plee.
Voor de verandering was ik een keer op tijd. Ik had m'n spulletjes netjes op de tafel gelegd en een stoel voor mezelf gereserveerd en had zelfs nog tijd om even naar de wc te gaan en de deur open te houden voor een aantal collega's.
Toen ik terugkwam, was de rest inmiddels ook gearriveerd en had ik het genoegen om van mijn eerst zo comfortabele plek met massa's beenruimte, nu te genieten van een gefrot stukje stoel met 2 tafelpoten tussen m'n benen.
Ik was er potdomme klaar voor.
Nou is het voor dit sprookje belangrijk om te weten dat het vak muziek op deze school alleen wordt gegeven in de brugklas. Dit schooljaar zelfs maar 1 uur per week.
Werkelijk alle zaken die besproken werden, gingen over de bovenbouw, examens en allerlei andere zaken waar ik weinig tot zeer weinig mee te maken heb.
Mijn aandacht verslapte dus ietwat. Ik begon rechtop zittend, ik eindigde half liggend en kwijlend onder m'n tafel, helemaal onder getekend met lichaamsdelen en scheldwoorden.
Omdat ik het grootste gedeelte van de tijd niks met de besproken zaken van doen had, begon ik wat collega's te observeren. Sommige bleven zeer aandachtig kijken, luisteren en aantekeningen maken. Anderen..niet.
Een collega maakte er een ware sport van om bij alles wat er gezegd werd en waar ze het niet mee eens was hardop te zuchten, verontwaardigd haar handen in de lucht te steken of opzichtig te draaien op haar stoel. En o ja, heel veel nèt te hard te mompelen zodat iedereen wist dat ze commentaar gaf maar niemand het echt verstond. Ik wachtte op een 'hysterisch jankend - op de buik liggend - sla met de vuisten op grond - momentje' maar ik had pech.
Kijk beste mensen, ik kan hier intens van genieten.
Ook al snapte ik haar frustraties heel goed, het voelde ook een beetje alsof ik naar een klein kind keek dat geen ijsje kreeg. Die spanning was voelbaar bij iedereen. Dat je maar voorzichtig gaat lachen in de hoop dat het iets minder awkward wordt. Waardoor het alleen nog maar meer awkward wordt.
Misschien moet ik de volgende keer in zo'n situatie gewoon heel hard gaan schreeuwen uit het niets. Omdat.

Om 17:50 was de party over.
Het was bijna een wedstrijdje rennen naar de deur.
Iedereen was kapot, gefrustreerd en blij om naar huis te gaan.
Ik ook, maar wel inclusief inspiratie voor een nieuwe blog.
Voila!

maandag 30 juni 2014

Komt goed!

Wie kent ze niet?
Standaard zinnen of opvul zinnen, ook wel zinnen om ongemakkelijke stiltes mee op te vullen genoemd.
Iedereen maakt er soms gebruik van, vrijwillig of noodgedwongen.
"Komt goed", is een all time favourite. Ik gebruik 'm zelf ook. 
Om iemand anders dan wel mezelf gerust te stellen, een gesprek af te ronden of om iets superkuts toch een beetje een positieve draai te geven. 
Ik presenteer u een situatie, uit een willekeurig leven gegrepen: 
"Ik ben afgelopen week ontslagen. Dat is natuurlijk ontzettend balen, maar daarnaast moet ik ook nog mijn huis uit en is mijn relatie op de klippen gelopen. En om het nog wat erger te maken ben ik ongeneeslijk ziek. Op dit moment zit ik dus behoorlijk in zak en as.
Maar ja...komt goed".

HERKENBAAR?! Hoe erg iets ook is, met een simpel "komt goed" kunnen we de ergste dingen afzwakken en voor onszelf een geruststellend lichtpuntje creëren. 

(Ik google trouwens net op "Het komt goed" en mijn oog valt op de volgende site: 
Serieus? Een kliniek die 'Komt goed!' met een uitroepteken heet? Op de homepage staat deze tekst:

Als bewegen pijn doet

Nek- en rugklachten
Gewrichts-, spier- of zenuwpijn
Kaakklachten
Hoofdpijn
Werk gerelateerde klachten
Sport gerelateerde klachten
Second opion
Preventie

K O M T  G O E D!


Alles in deze tekst schreeuwt toch totale paniek? 
Als bewegen pijn doet..dan..fuck, wat dan eigenlijk? Uh...KOMT GOED MENSEN! RUSTIG BLIJVEN! KOMT GOED!! RUS! TIG! BLIJVEEEEEEEEEN!!!!!!!)

"Ach ja..We zien het wel". Ook zo een om op klaar te komen.
Dit is echt de oneliner om een dood gesprek mee op te vullen.
Persoon A: "Ik weet echt niet meer wat ik wil. Verder studeren of nu een baan zoeken. Of toch die reis maken. Wat vind jij?
Persoon B (half luisterend, ongeïnteresseerd): "Uh..je moet gewoon doen wat voor jou goed voelt" (Deze zin is ook multiple inzetbaar maar... JE KUNT ER ECHT GEEN REET MEE!)
Persoon A: "Ja..dat is ook zo.....Ach ja, we zien wel". 
Persoon B: "Precies. En uiteindelijk komt het altijd goed" (daar issie weer!).

In de kleedkamer van de sportschool hoor ik vaak de volgende twee toppers:
1.  "Nou, we mogen weer". 

We. Mogen. Weer.
Werkelijk alles aan die zin is irritant. Bovendien klopt het niet eens want "we" is in dit geval niet eens meervoud. Nee, "we" is een vrouw van middelbare leeftijd die elke week op dezelfde dag, op hetzelfde tijdstip, dezelfde les volgt en elke week dezelfde mensen tegen het lijf loopt in de kleedkamer. 
Deze mevrouw gaat er door deze zin te produceren, indirect vanuit dat haar 'lotgenoot' er net als zij vreeeeeselijk tegenop ziet om zich in het zweet te moeten werken. En ook al is dit niet het geval, dan nog geeft deze zin toch meteen een fijn samenhorigheidsgevoel. 
Want WE mogen weer. Dus WE doen het samen. Namasté.

En na de les is het tijd voor de volgende knaller:
2. "Zo, het zit er weer op".

Klopt. Heel knap. 
Het vervelende van deze zin is dat je er vaak ongevraagd mee geconfronteerd wordt. Wanneer je iemand met een zweethoofd een vriendelijk knikje geeft, is ie er al voor je er erg in hebt. 
"Zo, het zit er weer op". 
Sorry, maar heb ik hierom gevraagd? Blijkbaar zie ik er zo afgepeigerd uit dat de persoon in kwestie een duidelijke drang voelde om me op wat voor manier dan ook een hart onder de riem te steken. 

Misschien moet ik om het leven wat minder voorspelbaar te maken, zelf een opvul zin invoeren. 
Maar dan wel een die niemand verwacht. Een die altijd inzetbaar is.

Persoon X: Ik heb zometeen die presentatie waar alles van afhangt...(hint).

Ik: .......

Persoon X: Ik ben zo zenuwachtig....(hint...STEL ME GERUST!!)

Ik: ........

Persoon X: Al die mensen die naar me kijken en ik moet zoveel onthouden.

Ik: ........ Ik poep bloed. 

Lekker direct. Ik hou er wel van. 

donderdag 8 mei 2014

New York

Ik ben net terug van een tripje naar New York.
Deze stad kende ik alleen uit films als 'Flodder in Amerika' (gotta love that), Home Alone en uit series als Sex and the City.
Op beeld zag het er altijd heel aantrekkelijk uit. Ik was dan ook zeer verheugd dat ik het eindelijk in levende lijve zou gaan zien.

Samen met di papa en di mama en de broer vertrokken we voor een week naar The Big Apple ter gelegenheid van mama's 60e verjaardag.
Het hotel was prima: schoon, lekker bed, klein sportschooltje, wifi, niks te klagen.
De eerste dag lag ik door de jetlag al om half 8 in bed om vervolgens om 05:00 wakker te zijn en om half 7 in de sportschool te staan. Geen idee hoe ik het voor elkaar kreeg, maar ik stond er.
Die dag regende het helaas de hele dag waardoor we de plannen een beetje moesten omgooien.We hebben 2 musea bezocht: The Metropolitan Museum of Modern Art (MEGAGROOT) en The American Museum of National History.
Tussen de middag hebben we gegeten bij Le Pain Quotidien waar ik heb genoten van een heerlijk stuk brood met hummus, bietjes, wortel, rozijnen en walnoten en een container cappuccino.
"Would you like your cappuccino small or large?". Toen ik "large" antwoordde, had ik nog niet zo goed door dat large in Amerika ook echt LARGE betekent. Nou behoor ik tot de groep die aan de schijt gaat van koffie. Ook dat bedacht ik me te laat. De rest van de dag durfde ik door m'n rommelende darmen nog geen minischeetje te laten omdat ik bang was dat ik het in m'n broek zou doen.
Welcome Nadeche Laumen.

De tweede dag hebben we 's ochtends de ferry genomen naar Staten Island om het vrijheidsbeeld te zien. Dat stond overigens op een totaal andere plek dan ik in m'n hoofd had. Ik vond het zelfs een beetje sneu, zo alleen op een vierkant eiland in het water.
's Middags maakten we een fietstocht. Met gids Mark Schilders (ja, die drummerttt uit Nederland) hebben we de belangrijkste plekken van Manhattan gezien. Onze tocht ging door Brooklyn (met een prachtig uitzicht over Manhattan), over de Manhattan Bridge, naar China Town, naar hartje centrum, over de Brooklyn Bridge, terug naar het startpunt.
Natuurlijk raakten wij met z'n vieren de rest van de groep kwijt in het drukste deel van de stad. Hallelujah! Ik vroeg aan een agent die toevallig in de buurt stond of hij 'a bunch of orange bikes' had gezien. Lachend zei hij 'no' en vroeg hij wat er mis was. "We..uhm..kinda..lost our group". Toen ik het zei moest ik zelf ook lachen. Stonden we daar, verdwaalde toeristen met rugzakken, fototoestellen, oranje fietsen. Het hielp ook niet mee dat we van menig voorbijganger een boze blik kregen omdat we de doorgang blokkeerden. Yes. De politieagent was zo lief om z'n telefoon aan me uit te lenen zodat ik Mark kon bellen, die niet opnam. Gelukkig zag ik 'm na een tijd met een opgeluchte blik een weg door de menigte banen. Even overwoog ik om in slowmotion z'n kant op te rennen met m'n haren wapperend in de wind en een intens blije lach op m'n gezicht, maar gelukkig bedacht ik me op tijd dat ik een fiets bij me had en ik daarmee spookrijdend niet heel ver zou komen.
Met nog een aantal hobbels in de weg - een lekke band en een trapper die niet bleef zitten - hebben we de trip toch tot een goed einde gebracht. Gelukkig scheen het zonnetje heerlijk en hebben we de mogelijkheid gehad om New York op een hele bijzondere manier te leren kennen.
Ik voelde me overigens nog storender aanwezig op de Brooklyn Bridge. Die is druk. Niet alleen met heel veel lopende mensen, maar ook met hardlopers. Die zijn overigens overal te zien. En dan vooral op de drukste plekken. Gelukkig lukte het deze stuntpiloot om niemand te raken. De man voor mij slaagde daar iets minder goed in. Hij beukte 3 voetgangers met z'n elleboog.
"IK HOOR NIET BIJ HEM!!" riep ik. Dat verstond natuurlijk niemand.
's Avonds aten we bij een Ethiopisch restaurant. Superlekker! En..je moest met je handen eten.
Dat vond deze knoeipot helemaal te gek.

Dag 3 was de vreetdag. Vooral vader Laumen had zich al lang van tevoren verheugd om los te gaan in Chinatown. 's Middags was het nog redelijk bescheiden met een aantal bordjes met dim sums.
's Avonds was het einde zoek. We liepen een tent binnen met tl verlichting en boven het aangename geluidsniveau converserende Chinezen. Papa vroeg aan de eigenaar/bedrijfsleider/hoofdober of hij een menu voor ons kon samenstellen. Dat hebben we geweten. Godsamme, wat een hoop voer.
Krokante kip, beef, groenten, gebakken rijst, vis en schaaldieren. Het kon niet op. Of ja, het kon wel op want de borden waren leeg. Vaders diende op het eind als afvalbak.
Stampvol rolden we naar het hotel.
Die middag bezochten we ook het 9/11 memorial monument. Dat was heel indrukwekkend. Waar eerst de Twin Towers stonden, zijn nu twee enorme vierkante gaten te zien waarlangs water stroomt. Op de randen staan alle namen van de slachtoffers en liggen er rozen bij de mensen die jarig zouden zijn geweest. Al die namen van mensen die er niet meer zijn. Die ramp werd ineens zo echt toen ik daar stond. Helaas was ik er maar voor 50% bij met m'n gedachten. De andere 50% procent was bij m'n overvolle blaas die "LEEG MIJ!" schreeuwde.
Een afthanse plee in een vervallen restaurant had later de eer.

Dag 4: Times Square. Ja, dat zie je altijd op tv en stom genoeg had ik toen pas het idee dat ik ook echt in New York was. De enorme billboards, flitsende lichten en halfnaakte cowboys en cowgirls met gitaren vliegen je om de oren. Ik vond het heerlijk.
's Middags zijn we naar de musical 'Once' geweest. Holyshit, wat was dat fenomenaal. Helaas was ik de enige van ons vieren die totaal weggeblazen was en met natte oogjes naar buiten liep. De rest van de familie Laumen had graag een show willen zien met iets meer 'actie'. Verrekte rot Hollanders.




De vijfde dag werden alle toeristische attracties bezocht die we nog niet gezien hadden.
Het begon met High Line, een oude spoorweg waar nu een park op en rondom gemaakt was.
Niet boeiend. Sorry.
Daarna zijn we naar het Empire State building geweest. Eerst met de lift naar de 80e (!) verdieping, ik voelde me net Abeltje, daarna door naar de 86e om daar van het uitzicht te genieten. En van de kou en de snoeiharde wind. En de regen. Op de foto's die we daar hebben gemaakt zie je alleen maar pogingen tot lachen die er eerder uitzien als grimassen, met omgekeerde Hans-Klok haren.
Gelukkig hadden we hier maar $30 voor betaald...
Daarna zijn we door gegaan naar Rockefeller Center om wederom te genieten van het uitzicht, maar dan een paar verdiepingen lager. In de lift omhoog werd in het plafond een welkomstfilmpje gedraaid met gekleurde lichten en zwoele stemmen enzo. Heel Amerikaans.
Tussendoor kocht ik nog een paar sneakers, met een paar aangesmeerde zooltjes.
Daarna zagen we het Grand Central Station, een eh..station zoals de naam al doet vermoeden. Wel heel mooi overigens, en groot.
Als laatste wilde moeder Laumen naar het Verenigde Naties gebouw. Op dat punt was iedereen al verrot keer 3 met pijnlijke poten. Komen we daar aan, blijkt er ook nog geen zak aan te zijn.
Binnen hing een foto van Obama, maar omdat we niet naar binnen mochten, hebben we daar door het glas heen maar een foto van gemaakt. Voor als we oud en gehandicapt zijn.
Om de teleurstelling een beetje te vergeten, zijn we ons maar vol gaan proppen bij het dichtstbijzijnde Turkse restaurant waar de hoofdober duidelijk zijn verhaal kwijt moest. Hij was wel heel lief en het eten was lekker. Doei.

De laatste dag hebben we alleen gewinkeld. De klantvriendelijkheid verschilde nogal per winkel.
Bij elk filiaal van Footlocker hadden ze duidelijk een goede training gehad, bij andere zaken wat minder. Serieus, ga niet naar Champ. Wat een ramp was dat.
De verkopers keken je amper aan, op alles reageerden ze geërgerd of niet en van diep zuchten hadden ze een sport gemaakt. En de muziek stond knoerhard. Daar heb ik zo'n hekel aan. Wat denken ze dan? Dat ik dansend schoenen ga passen? Ik wil gewoon rustig kunnen rond kunnen kijken, niet m'n gehoor verliezen.
's Avonds aten we bij Rubirosa, een restaurantje in Little Italy. Supergezellig! Met wederom een intense  nicht in de bediening (lees: in ELK restaurant waar we gegeten hebben, werkte er een over de top homo). Ik hou ervan. Na een pizza van 2 meter doorsnee te hebben weggeduwd, gingen we tevreden naar het hotel.
Sporten (8x sterven), koffer inpakken en slapen.

We vlogen via Washington naar Amsterdam. En ik ben er achter, zo'n binnenlandse vlucht is een hel. De hele reis was een grote turbulentie ervaring. De grappige steward maakte een hoop goed (sorry, wederom een....juist) maar ik kwam kotsmisselijk het vliegtuig uit.
In Washington hadden we 1,5 uur om even bij te komen en daarna begon de 7,5 uur durende vlucht naar Amsterdammie. Met 2 fijne stewards. Ja.
Doei New York, je was awesome. Ik geniet nog even na. Van de jetlag. 

dinsdag 25 maart 2014

Jammer

Laatst zat ik op het terras met 2 vriendinnen.
Jawel, dat historische moment van de eerste echte zonnestralen in maart waardoor heel Nederland uitrukt naar elke beschikbare stoel op een willekeurig terras.

Ik hou van deze momenten.
Fijn gezelschap, lekker weer, heerlijk drankje en een pittig gesprek. En niet te vergeten, de grote vleeskeuring waar iedereen (onvrijwillig) aan deelneemt.
Na wat rondkijken viel het ons op dat het merendeel van de passerende mens erg...stevig was. Zo niet, heel dik. Voordat ik haatmail en bombrieven krijg; ik ga niemand beledigen. Het viel me alleen op.
Just saying.
We besloten elk zwaar mens te turven. Het resultaat vond ik behoorlijk verontrustend. In 5 minuten hebben we meer dan 30 streepjes gezet.... 30!!
Nou weet ik natuurlijk niet waarom deze mensen overgewicht hebben. Vreselijk natuurlijk als er zoiets als een afwijking aan de schildklier aan ten grondslag ligt, maar ik denk stiekem ook dat het een heeeeeeeel klein ienieminibeetje aan het eetgedrag ligt.
Ik schrik altijd een beetje hoe druk het is bij de Smullers op het station of hoeveel mensen een snack uit de muur trekken. Zo'n lauwe, slappe, grieperige frikandel die al de hele dag in een klein hokje ligt te rotten en die je bijna "VERLOS MIJ!" kan horen roepen...Wie wil dat nou niet?

Na wat witbiertjes besloten we dat het tijd werd voor een nieuwe ranking. Een leuke.
Voor degenen die Sex and the City keken; dit is het fragment waar Charlotte en Carrie net als wij aan het terrassen zijn en bijhouden met hoeveel passerende mannen ze naar bed zouden willen.
So did we.
Pen en de papier in de aanslag, ogen open, tietjes vooruit.
1, 2, 3...46 mannen passeren ons. Niemand die ook maar in de buurt komt van een kusje, laat staan een avontuur tussen de lakens of op de wasmachine.
Na 10 minuten begon ik onrustig te worden.
Na 12 minuten vroeg ik me hevig af of ik veel te kritisch was.
Na een kwartier was ik depressief. Damn you Tilburg!
Waarom was het mij niet gegund om een mentale stevige pot seks met een hete vreemdeling te hebben?
1 STREEPJE! DAT IS ALLES WAT IK VROEG! WHYYYYYYYYYYY?!!
We eindigden alledrie met een "misschien" die eerder aan de 'nee' dan aan de 'ja-kant' zat.
Doe mij een dubbele whisky, dan kots ik mezelf het graf in.

Net voordat ik het wilde opgeven bedacht ik me dat ik het afgelopen kwartier helaas geen geschikte kandidaten voor het tweede spelletje had gevonden, maar meer dan genoeg voor het eerste.
Hoe minder lekkere mannen ik zag, des te meer dikkertjes.
Deze conclusie was op dat moment zowel deprimerend als bemoedigend.
Ik kon in ieder geval 1 spelletje tot een goed einde brengen.



donderdag 6 maart 2014

Mobiel gezeur


Bereid je maar voor. 
Dit wordt de zoveelste blog over het gebruik van mobiele telefoons.
En dat we er allemaal behoorlijk asociaal door worden.

Natuurlijk ben ik zelf ook schuldig. Zo niet, extreem schuldig.
Ik ben een van de misdadigers die hun telefoon ook meeneemt naar de plee. Om ‘gezellig’ even Facebook te checken of Whatsappjes terug te lezen die ik al een eeuw van buiten ken. Met als gevolg dat ik altijd veel langer op de wc zit dan noodzakelijk is.
Soms heb ik van die momenten dat ik opstijg uit m’n eigen lichaam, neerkijk op mezelf en denk: 
WAAROM?!
a)       Omdat ik al sinds ik klein ben, droom van enorme aambeien en die hoop te kweken door veel langer op de bril te zitten dan nodig is.
b)       Omdat ik het geluid van m’n eigen plas rustgevend vind.
c)       Omdat ik high word van de geur van chloor.
d)       Omdat ik niks fijner vind dan m’n broek te laten zakken in gesloten ruimtes.

Ik kan doorgaan tot en met de letter ‘Z’ en geen een antwoord zou logisch kunnen verklaren waarom ik dit doe. Op elk ander moment van de dag kan ik knuffelen met m’n mobiel, zo lang en hoe vaak ik maar wil. Waarom dan ook nog in het kleine kamertje?

Omdat ik fucking verslaafd ben.

En de rest van de Westerse beschaving met mij. Overal waar mensen zijn, zie je mobieltjes.
Op straat, in de trein, in de kroeg, op het werk, in de sportschool en ga zo maar door.
Het lijkt wel of we met z’n allen in onze broek schijten om sociaal te zijn. Stel je toch eens voor dat een vreemde zomaar tegen je begint te praten.
Jeetje, wat vre-se-lijk.
Ik dank God op m’n blote, blauwe knietjes dat me dat nog nooit is overkomen maar mocht dat in de toekomst toch het geval zijn, heb ik m’n survival-stappenplan al uitgewerkt.
1.       Maak NOOIT oogcontact.
2.       Kijk altijd verveeld. Houdt dit de vreemdeling niet tegen, doe dan of je een ernstige psychische stoornis hebt of een flinke hoeveelheid alcohol en/of drugs in je systeem hebt.
3.       Hou altijd je mobiel gereed. Ligt ie niet in je hand, zorg dan dat je ‘m in je broekzak hebt of in een vakje in je tas waar je makkelijk (lees: binnen 0 en 3 seconden) toegang toe hebt.
4.       Check altijd je berichten, e-mails, Facebook, Instagram, Twitter, Pinterest, Youtube en de rest van je apps. Als je wil kan je ook zelf nog wat online zetten, zoals een tweet: “Creepy stranger is looking at me like he wants to talk or something. #goaway #leavemealone #mindyourownbusiness #pleasedontrapeme #livingthemobilelife”.
5.       Pleeg een fake telefoontje. Zorg er wel voor dat je telefoon dan op vliegtuigmodus staat want het zou lullig zijn als je tijdens je neppe gesprek ineens echt gebeld wordt. Dat is voor iedereen verwarrend.
6.       Ren weg. In stilte dan wel krijsend.

Ik zag laatst op internet een foto van een houten bord dat in een restaurant hing met:

Belachelijk, iemand zo in het sociale diepe gooien.

Maar mensen, serieus. Ik zou het een te gek plan vinden om een nationale feestweek in het leven te roepen die viert dat we allemaal onze mobiel thuis laten. Een week lang.
Ja, dat is ontzettend spannend maar geloof me, we’ll survive. Misschien leren we er zelfs wat van. Kunnen we dat na die week weer lekker op Facebook pleuren. 

donderdag 27 februari 2014

Carnaval

Je kunt er niet omheen als je in het zuiden woont. Carnaval.
Officieel is het natuurlijk al 11 november begonnen maar het feestgedruis zal vanaf morgen 5 dagen lang losbarsten.
Ik heb vandaag al een klein feestje gebouwd in de klas.

De afgelopen 3 lessen hebben de leerlingen mogen werken aan het maken van een eigen carnavalslied. Ik dacht: we zijn in Den Bosch (ongeveer Carnavalsstad numero 1) dus dit vinden ze vast een leuke opdracht. Nduss.
"Ah nee! Ik haat carnaval"... Ook het feit dat ik een keer groepjes had ingedeeld i.p.v. hen zelf te laten kiezen was niet bepaald motiverend. Al met al een heerlijk begin.
Gelukkig viel de schade mee en waren de meesten binnen een paar minuten ijverig aan de slag.
"Mevrouw, mogen we ook "Ik wil bier" schrijven?". Ik keek het meisje aan, hinkte nog op 2 gedachten (die van de docent met de voorbeeldfunctie en die van de docent who doesn't give a shit) voordat ik antwoord gaf en zei uiteindelijk: "Als jij dat wil, moet je dat lekker doen". Dat was blijkbaar onverwachts want ze sprong letterlijk een gat in de lucht en rende wild "HET MAG!!"schreeuwend naar haar groepje terug.
Het kind is 12. Ik gunde haar een pleziertje.

Gelukkig had het merendeel een non-alcoholisch onderwerp. Een greep uit het repertoire:
- Bossche bollen
- Er hangt een jas in de gang (jawel..op de melodie van)
- Pinguins die naar de maan vliegen (om het logisch te houden)
- Zeesterren
- Kikkers
- Carnaval..(originaliteit is ook een vak)

Vandaag was de dag dat ze hun lied gingen zingen voor de klas. En ik kan je vertellen, ik heb echt genoten. Soms omdat het verrassend goed was, soms omdat het heel aandoenlijk was.
Jongens heel ongemakkelijk in een groepje met alleen maar meiden. Kinderen die schreven dat carnaval het leukste is wat er bestaat en dit vervolgens met het meest chagrijnige gezicht zingen. Kinderen die anderen op sleeptouw namen en aanmoedigden. Leerlingen die solo en koortjes zongen. En ook al waren sommige liedjes meer een eentonige rap met maatsoorten waarvan ik het bestaan niet eens wist, ze deden allemaal hun best. Ik heb dus ook geen onvoldoendes hoeven uitdelen.
Bij 1 groepje heb ik getwijfeld omdat de tekst ietwat...jammer was. Over dat ze wilden comazuipen. Yes.
Ik bedacht me dat dat natuurlijk heel stoer is om te zeggen maar dat ze geen idee hebben wat het precies is en wat de gevolgen zijn. Toen heb ik het maar effe voorgedaan. "Jongens, whiskey for everybody! En niet tegen je ouders zeggen."

Achteraf kreeg ik dit mailtje van een leerling en toen smolt ik helemaal:


Ons groepje vertelde mij over ons (te) mooie cijfer.
Ik bedank u hier voor. Want ik heb morgen geen les van u.
Ik wens u een fijn carnaval.
En ik hoop dat ons lied een hit word is alle kroegen.

Deze carnaval wordt een topper, ik voel het. Alaaf!





vrijdag 10 januari 2014

Klassiek in de klas

Deze week ben ik begonnen met het hoofdstuk 'Klassieke muziek' in de klas.
Ja. Lastig onderwerp. En vooral heel erg niet leuk.

"Juffrouw, gaan we die film afkijken?" (Ik had voor de vakantie een kerstfilm opgezet bij wijze van inleiding van de feestdagen en toegegeven, omdat ik niet heel veel zin meer had om nog een inventieve les voor te bereiden).
"Nee", zei ik. "Maar we gaan wel iets anders leuks doen". Dus.
"Jongens, vandaag gaan we het hebben over....roffel roffel...ooooeeeeeh spannend....(door m'n benen gezakt, sluipend door de klas, wild met m'n armen maaiend )... KLASSIEKE MUZIEK!".
Elke keer als ik dit onderwerp behandel is er ergens in mij nog een vleugje hoop dat in ieder geval 1 leerling enthousiast roept:  "YES! KLASSIEKE MUZIEK! I LOVE IT".
Helaas is de realiteit nét wat anders.  Een klas vol extreem verveelde en met afkeer gevulde gezichten kijkt me aan. Een reeks uit de fijne woorden die ik naar m'n hoofd geslingerd krijg: gadverdamme, saaaaaaaaai, neeeeee hè, bah, stom. Je kent het wel. Een heerlijk positief begin van de les.

"Ik weet dat iedereen nu meteen denkt. Bleh, saai! Maar klassieke muziek zien we juist ook nu heel veel om ons heen. Kan iemand daar een voorbeeld van geven?"
Met een hoop hints komen ze dan uiteindelijk uit op reclames, films, de Efteling etcetera etcetera. 
"Klassieke muziek wordt ook veel gebruikt in het theater. Niet alleen serieus, maar ook juist op een grappige manier". Ik laat een filmpje zien van een orkest met daarvoor een man zittend, met een cd in zijn handen. " Where is the remote control?" roept hij. Wat blijkt, het orkest is zogenaamd de cd waar hij naar luistert en die cd slaat over. Een tweede man komt het toneel op met de afstandsbediening. Geheel onverwachts (...) krijgen de twee ruzie over welk stuk ze willen horen en ondertussen speelt het orkest dus alles live mee. Hieronder de link voor de nieuwsgierigen onder ons.
Where is the remote control?
Het kutte is, voor ik het filmpje aanzet vraagt er iemand: "Is het grappig?".
Zucht. Wat moet je dan zeggen?
Nee, ik vind er zelf geen reet aan maar ik doe er alles aan om die grimas van jouw gezicht te halen dus..komtie! Ach, het maakt ook niks uit wat je zegt, want ze vinden het uit principe al niet grappig omdat het klassieke muziek is ("Nou..leuk zeg. Ha. Ha. Ha.").
Behalve 1 jongen, die zat met stralende oogjes te kijken en stiekem mee te lachen.
Mijn verbitterde hart smolt even.

Na dit filmpje vraag ik: "Welke componisten kan je noemen zonder in je boekje te kijken?".
Tot Mozart, Beethoven en Bach komen ze gelukkig nog wel. Een enkeling verbaast me door Schubert, Händel of Verdi te noemen. Natuurlijk zit er ook een grapjas bij die Piet Paulusma roept, hierna meteen checkend of de rest van de klas wel vooral in een deuk ligt.
"Ga je normaal doen of kan ik dit de rest van de les verwachten?" De jongen doet een poging om zijn hachje nog te redden door onderuitgezakt en met een ongeïnteresseerde blik te zeggen: "Ja hoezo, dat is toch een componist?"...Tijd voor de ernstige blik en de docentenzucht. Dit werkt. We kunnen door.

Vervolgens krijgen ze een testje. Een hele reeks titels van klassieke stukken en ze moeten erachter zetten of ze het kennen, ja of nee. Natuurlijk kennen ze weinig tot niks. Daarna laat je de stukken horen en wat blijkt: nu klinkt ineens wel heel veel bekend. Gelukkig zie ik bij deze opdracht veel lachende gezichten omdat veel stukken hen doen denken aan iets wat ze wél leuk vinden zoals bijvoorbeeld een voetbalwedstrijd of een spannende film. Of een pizza reclame. 
Los van deze specifieke stukken zijn er altijd wel een paar jongens die op de een of andere manier...fysiek reageren op luisterfragmenten. Of het is om aandacht te trekken, grappig te zijn of dat het een lichamelijke afwijking is, ik weet het niet maar bijna elke les is het raak. Wild dirigerend, stuiterend op hun stoel, overdreven playbackend...het is een dierentuin. Frappant is dat de meerderheid van de klas het al geaccepteerd heeft want niemand reageert er op.  

Daarna behandel ik nog een stukje theorie m.b.t. dynamiek met bijbehorende opdrachten. En ja, daar komen Italiaanse benamingen bij kijken. Ik smul werkelijk als de zoveelste leerling 'kreskendo' zegt in plaats van crescendo.
Dan laat ik ze altijd een 'Italiaans handje' maken (je weet wel, een uitgestrekte arm waarvan alle vingertoppen van die hand rusten op de duim) en het nog eens proberen. Als ik geluk heb vinden ze het niet 'voor schut' (god, wat haat ik die uitspraak) en doen ze het vol overgave.

Ik kan je vertellen, na 40 minuten ben ik gestorven. Soms moet je een les klassikaal doen en dat is bij muziek Z.W.A.A.R.
De laatste 10 minuten heb ik een fragment van Mickey Mouse opgezet uit de film 'Fantasia'. Ik had daar thuis netjes opdrachten bij bedacht, maar toen ik die wilde vertellen aan de klas kwam er, heel vreemd, iets heel anders uit m'n mond: "Hier nog een filmpje waar ook klassieke muziek in zit".
Nee, ik had hier geen controle over.
Ja, ik ben gecertificeerd voor dit vak.
En ja, ik vind klassieke muziek zelf ook stom.



zaterdag 4 januari 2014

Kleine dingen

Ik kan vrolijk worden van kleine dingen. Vaak zijn ze onbenullig.
Wat ik bijvoorbeeld altijd leuk vind is als buschauffeurs elkaar begroeten als twee bussen elkaar voorbij rijden. Ik betrap mezelf erop dat ik altijd op dat moment wacht als ik een andere bus aan zie komen. Zullen ze weer...JA! Ze zullen.
Een nonchalante hand die omhoog gaat en zonder woorden zegt: "Hee collega, dat doen we goed hè, zo'n fucking grote waggie besturen?! Fijne dag nog!"
Of als een buschauffeur me bij binnenkomst oprecht vrolijk begroet. Of wanneer hij, zoals vandaag op de heenweg, tijdens het rijden ineens een witte boterham met gebraden gehakt gaat eten. En een andere chauffeur op de terugweg ook plotseling een boterham tevoorschijn tovert. Een bruine dit keer.

Dat was het.

Nee, natuurlijk niet. Er zijn naast buschauffeurs ook andere dingen die me vrolijk maken.
Bij de Jumbo waar ik altijd boodschappen doe werkt een jongen. Daar is natuurlijk niks bijzonders aan.  Maar deze jongen is ZO beleefd. De meeste cassières kijken je amper aan en aan de toon waarop ze praten hoor je dat ze voor de cursus 'hoe-doe-ik-alsof-ik-welopgevoed-en-klantvriendelijk-ben' met vlag en wimpel zijn geslaagd.
Deze jongen, ik noem hem voor het gemak Mo, begint zijn rondje boodschappen bliepen met oogcontact en een welgemeend 'Goedemiddag mevrouw'. Dat vind ik al heerlijk. Zelfs bij het overhandigen van het bonnetje krijg ik het idee dat ik niet zomaar een klant ben, maar elk moment kan worden overstelpt met bloemen en slingers en dat er een stem uit de speakers zal galmen die zegt dat de gehele Jumbo keten zo verheugd is dat ik elke dag de winkel kom verblijden met een bezoek.
Mo sluit mijn kassabeurt af met: "En dan wens ik u nog een hele prettige dag mevrouw". Vergeleken met het standaard "Fijne dag nog" of "prettig weekend" is dat toch fantastisch?
Ik heb een keer tegen Mo gezegd dat ik het zo leuk vindt dat hij altijd zo beleefd is en dat je dat niet vaak meer meemaakt. Toen antwoordde hij: "Dank u wel mevrouw, maar voor mij is dat heel normaal".
Ik kon 'm wel zoenen. Met zijn beugel.

Kneuterige dingen, ook enorm fijn.
Een kerstboom kopen met een set ballen naar keuze. En dan na het werk thuiskomen en zien dat boyfriend 'm heeft opgetuigd (weliswaar na het geven van ongeveer 500 hints, maar hey, ik ben de moeilijkste niet).
Plantjes kopen voor in de vissenkom (jazeker, Frank is still alive en blubbing) en i.p.v. op de fiets naar de dierenwinkel te gaan, eens een keer te lopen. Lekker old skool muziekje op waar je alle riedels van kent, dikke jas aan, wind door je haren, glimlachend naar iedereen die voorbij loopt.
Over Frank de vis gesproken, daar word ik ook vrolijk van. Ik weet niet of alle vissen zo zijn maar Frank wordt spastisch enthousiast als je in de buurt bent. Waarschijnlijk omdat hij weet dat hij te eten krijgt. Ik praat ook tegen Frank. "Haaa Frankie, heb jij al te eten gehad? Nee hè schat". Nou is dat geen probleem als ik alleen ben, maar laatst deed ik het onbewust toen er mensen bij ons thuis waren. "Praat jij nou tegen je vis?"...Ik overwoog nog om te zeggen dat ik het tegen mezelf had, maar dat had de situatie niet minder vreemd gemaakt. Dus ja, gaf ik toe: ik praat tegen m'n vis. En hij praat nooit terug. Verdomme.
Goede gesprekken met vrienden. Een uurtje sporten. Lelijk dansen in je ondergoed.
Een ontzettende vrouwenfilm met een droomvent in de hoofdrol.
Een goed boek. Ik heb 'Toen ik je zag' van Isa Hoes over het leven van en met Antonie Kamerling in een keer uitgelezen. Wat een oprecht en liefdevol verhaal.
Het huispak van Stef. Als ie dat aanheeft vind ik 'm zo lief.
Eten. Ik hou van eten. Van het uitzoeken van een recept tot boodschappen doen, tot koken tot het opeten. Daar kan ik oprecht van genieten, zowel in m'n eentje als met anderen.
Zelfbedachte taaltjes. Voor anderen zal het vast bloedirritant zijn maar ik heb zolang ik me kan herinneren zelf taaltjes bedacht. Met m'n broertje en m'n ouders, met vriendinnen, met Stef. Die talen evolueren ook altijd tot iets wat nog raarder is dan waar het mee begon.
Grappige quotes. De AH-reclame. Een lief kaartje. Een zingende zwerver. Sokken met een gezichtje.

Nou kan ik afsluiten met een moraal. Dat het goed is om bewust te zijn van de kleine dingen in het leven en deze te waarderen.
Maar dat doe ik niet.